In een recente gerechtelijke uitspraak heeft een 26-jarige Oostendenaar een voorwaardelijke celstraf van twee jaar gekregen voor cannabishandel en verboden wapendracht. Daarnaast werd een bedrag van 8.850 euro verbeurd verklaard. Het geval kwam aan het licht na een incident in de Langestraat in Oostende op 21 augustus vorig jaar.
Op die bewuste dag kreeg de beklaagde, G.D., het aan de Spar-winkel in de Langestraat aan de stok met een groep jongeren. Een getuige waarschuwde onmiddellijk de politie, die ter plaatse snel handelde. Toen de agenten arriveerden, troffen ze G.D. aan met een groot keukenmes in zijn handen. De jongeman beweerde dat hij het mes had afgenomen van de groep jongeren, die zich volgens hem verbaal agressief hadden gedragen tegenover zijn vriendin.
Vanwege het zenuwachtige gedrag van G.D. besloot de politie zijn voertuig te doorzoeken. Bij het openen van de wagen werd er een sterke cannabisgeur waargenomen. In de auto werden vervolgens een etui met 100 gram cannabis, ruim vier gram speed en dertien gram hasj aangetroffen. In de handtas van G.D.’s vriendin vond de politie 1.350 euro in contanten. Bovendien werd bij een huiszoeking in de woning van G.D. nog eens 122 gram cannabis en 58 gram hasj gevonden.
Uit onderzoek bleek dat G.D. gedurende twee jaar minstens 950 gram cannabis had verkocht. Hij had al eerder juridische problemen gehad, aangezien hij in juni 2019 al eens vijftien maanden effectieve celstraf had gekregen voor geweldpleging. Volgens zijn vriendin rookte hij dagelijks joints.
De gsm van G.D. bevatte tal van drugsgerelateerde berichten en foto’s. Na twee maanden voorhechtenis mocht hij de gevangenis onder bepaalde voorwaarden verlaten. Tegenwoordig heeft de twintiger vast werk en heeft hij zijn drugsprobleem aangepakt.
Deze zaak benadrukt de aanhoudende problemen met drugshandel en -gebruik in Oostende, en de impact daarvan op de samenleving.
